MATHEE EN ANTON VAN DE VIN
Blij verrast waren ze, Mathee en Anton van de Vin, toen ze hoorden dat ze genomineerd waren voor de BOV-award 2018. “Wij vonden het een goed idee onze visie te toetsen, te delen met anderen, maar hadden niet verwacht genomineerd te worden.” Ook toen de rest van het MT ingelicht werd afgelopen week, reageerden zij verheugd. “Ze willen er allemaal bij zijn op 26 maart.”
Van de Vin ontwerpt en produceert houten ramen en kozijnen van hoge kwaliteit voor de Nederlandse zakelijke markt, zowel voor nieuwbouw (woningen en appartementen) als voor renovatie. “In de jaren zestig startte onze vader, Frans van de Vin zijn eigen timmerfabriek. Begin jaren tachtig kwamen wij, mijn broer Anton en ik van school en wilden verder studeren, maar we waren hard nodig in de zaak, dus kozen we ervoor bij mijn vader te gaan werken,” vertelt Mathee van de Vin. Op jonge leeftijd (25 en 26 jaar) namen de broers in 1987 de zaak over. Gezamenlijk werd besloten het timmerwerk af te stoten en volledig te focussen op de productie van kozijnen. “Om te concurreren, besloten we te specialiseren.” Een verstandige keuze, want het bedrijf bleef zich sterk te ontwikkelen. “We namen meer personeel aan om niet meer elke avond en in de weekenden te hoeven overwerken. Midden jaren 90 waren we uit onze jas gegroeid en gingen we op zoek naar een ander pand.” In 2001 kocht Van de Vin op industrieterrein De Poortmannen in Heeze een kavel, waarop een compleet nieuwe fabriek werd gerealiseerd. Het is nog altijd de thuisbasis van Van de Vin en biedt werk aan 85 vaklieden.
Er is wel veel veranderd sinds die tijd. “Tot 2011 maakten we kozijnen die nog verder afgemaakt werden door de aannemer, bijvoorbeeld het aflakken en monteren. 15% van de kozijnen die we maakten, leverden we met glas, nu leveren we 95% beglaasd en afgelakt op.”
Van de Vin’s manier van werken kenmerkt zich door gedrevenheid, flexibiliteit en innovatiedrang. Ze verbeteren continu hun producten en dienstverlening. Dat doen ze samen met ketenpartners. Gezamenlijk komen ze op deze manier tot nieuwe oplossingen, kortere doorlooptijden en lagere faalkosten. “Productieprocessen worden verder geïntegreerd. We halen steeds meer informatie op uit de systemen van ontwerpers, opdrachtgevers en leveranciers – en zij bij ons. Productie-processen worden daardoor korter en doelmatiger, waardoor de kwaliteit van onze producten en diensten stijgt en de faalkosten verder dalen.”
Het milieu en duurzaamheid spelen ook een rol in de toekomstige ontwikkeling van het bedrijf: “Zaken als MVO, cradle-2-cradle en energieneutraliteit worden nog veel belangrijker. Het kozijn krijgt een extra functie: het wordt een element waarmee je energie kunt opwekken. In die rol gaat het kozijn een cruciale rol spelen, eerst bij het energieneutraal maken van onze woningen en daarna in het transformeren van onze woningen van energieverbruikers nu tot energieproducenten straks. Een goed kozijn levert straks geld op.”
Flexibiliteit is een van de belangrijkste troeven van Van de Vin. In 2016 hebben ze geïnvesteerd in nieuwe machines. “Met de nieuwste bewerkingscentra zijn wij in staat niet alleen seriematig te kunnen produceren maar ook in enkele stuks, kleine bestellingen, snel en tegen een goede prijs. Daarmee boren we een nieuwe markt aan en anticiperen we op de veranderingen in de markt.” Van de Vin: “We zijn heel anders gaan kijken naar orders. De productieafdeling zijn we als klant gaan zien: hoe kunnen we orders (intern) het beste aanleveren om zo efficiënt mogelijk te kunnen werken? Grote orders worden opgedeeld in kleinere orders. Dat betekent dat het bedrijfsbureau meer werk erbij krijgt, om dit in goede banen te leiden, gaan we nog verder digitaliseren, automatiseren, en werken aan procesverbetering.”
Dit sluit mooi aan bij het thema van de BOV-award night 2018: welke rol spelen online/offline bij Van de Vin? Het product zelf is natuurlijk tastbaar, “offline” speelt dus zeker een hoofdrol zou je kunnen zeggen. “Maar,” zo geeft Mathee van de Vin aan: “Digitalisering is nu ons speerpunt: we kunnen meer klanten gaan benaderen, met kleinere orders, maar kunnen dit alleen handelen als processen verder digitaliseren, als ook kleine orders heel snel verwerkt kunnen worden. We hebben ons altijd gericht op de middelgrote en grote aannemers. Met deze ontwikkelingen wordt het ook mogelijk de ZZP’er en kleinere aannemer te bedienen.”